Harderwijk, 24 juni 2013. Vandaag neemt Martin Visser afscheid als columnist van het FD. In zijn column met als titel “Veel getoeter, weinig muziek” dekt de inhoud de titel niet. Vanuit zijn perspectief heeft hij wel gelijk en tegelijkertijd laat hij zien dat hij een belangrijk element over het hoofd ziet. Dat werd mij vorige week in Westervoort weer pijnlijkduidelijk gemaakt door Hans van Baalen, de fractievoorzitter van het VVD smaldeel in het Europarlement. Van Baalen was te gast bij de kamercentrale Gelderland van de VVD en legde uit waarom de liberalen geen vuist kunnen maken in het Europarlement. In Europa zijn het de Socialisten en de Christen Democraten die de dienst uitmaken. De liberalen hebben nog geen 10% van de zetels in het Europarlement. Die politieke werkelijkheid afgezet tegen de Nederlandse politieke werkelijkheid, waar de Socialisten en de Christen Democraten in de oppositie zijn beland, terwijl tegelijkertijd de huidige regering van VVD en PvdA afhankelijk is van wisselende meerderheden, maakt dat Mark Rutte in Nederland een andere geluid laat horen dan in Europa. Je kunt natuurlijk zoals Visser doet wijzen op de inconsistentie van het beeld . Je kunt je ook rekenschap geven van wat in Nederland en in Europa politiek haalbaar is. Het zou Visser sieren als hij wat meer over de grenzen zou kijken, zodat hij de bredere politieke realiteit ook in beeld kan brengen.
Ik ben het overigens wel eens met Visser dat een duidelijke visie op Europa voor de lange termijn beter is. Echter Van Baalen maakte pijnlijk duidelijk, dat zelfs met zijn buitengewoon strategisch inzicht er beperkingen zijn aan wat Nederland voor elkaar kan krijgen in Europa. Wij zijn niet meer een van de zes en daarmee hebben we rekening te houden. Voor onze internationale concurrentiepositie is een strek Europa onontbeerlijk. Tegelijkertijd is de behoefte van Europa om van alles te centraliseren een zorg. Het gaat ook hier weer om voldoende checks en balances.